GEDRAG


TA Transactionele Analyse

Een Adult - Adult mindset

 

Als eén van de pilaren voor effectieve zelfsturing noemen Karin Tenelius & Lisa Gill & in "Mooseheads on the table" "an Adult - Adult mindset, instead of an Adult - Child mindset" tussen leidinggevende en medewerkers. Gebaseerd op Transactionele Analyse (TA) van Eric Berne, een Canadees psychiater.

 

TA is een praktische theorie over gedrag en communicatie. Aan veel gesprekken liggen emoties ten grondslag. De toon - en ander non-verbaal gedrag - waarop iets gezegd wordt is bepalend voor hoe het overkomt. TA gaat uit van drie basishoudingen/ ego-posities, van waaruit we communiceren/ reageren op de ander. Als Ouder, Volwassene of als Kind. Elk van deze posities heeft een eigen gedragspatroon van voelen, denken en het ervaren van de omgeving

  • communiceren als Ouder, "dit zijn onze manieren".
    Het gedrag, de gedachten en gevoelens zoals die van de ouders, opvoeders en cultuur worden overgenomen. Communiceren vanuit deze positie, dan hebben we het over normen en waarden. Veelal "beleren" we de ander hoe die iets moet doen, of juist laten.

  • communiceren als Volwassene, “ hier en nu"
    Vanuit een Volwassen positie communiceren we op basis van ratio in het hier en nu. We denken en reageren op basis van feiten, en reële beslissingen/ overwegingen of mogelijkheden. We handelen zonder oordeel.

  • communiceren als Kind:
    We vertonen het gedrag, de gedachten en gevoelens die we als kind ontwikkeld hebben. Dit patroon komt naar voren als we ons gevoelsmatig en emotioneel opstellen.

Ieder mens heeft alle drie de egoposities. Op elk moment zitten we in één van deze posities.  We wisselen per dag meerdere keren van positie. Zowel als  Ouder en als Kind reageren we vanuit ervaringen vanuit het verleden. Alleen vanuit een Volwassen positie zijn we in staat te reageren in het hier en nu.

 

Een uitdaging bij Zelforganisatie is dat " as well as management not letting go, as employees not stepping in". "Leaders, CEO's/ Managers are the biggest obstacle to empowering". Als deze zich vanuit een Ouder positie blijven opstellen, zullen de medewerkers nooit hun verantwoordelijkheid oppakken. Zij blijven in de Kind positie. "Individuals and groups are usually very skilled at (uncounsciously) giving the leader back the problem. "

 

Een andere bruikbaar instument vanuit de trans Actionele Anlayse is de Dramadriehoek.

Leaders, CEO's/ Managers are the biggest obstacle to empowering

Karin Tenelius & Lisa Gill

De Drama driehoek

De drama driehoek. Platgetreden pad of praktisch model. Dank @Marjolein Brocatus die het model bij een workshop over Zakelijk verleiden letterlijk uit haar koffer toverde. En @Heleen Kuiper die in een webinar over Integrale aanpak van Zelforganisatie het als eén van de tools benoemde.

 

Het fijne aan dit model is, dat het je niet in eén van de rollen duwt. Je kunt ze namelijk alle drie. Zo herken ik mijzelf vooral in de Redder – “kijk, als we ’t nou ‘s zo eens doen”. En zo nu en dan (heerlijk) in de rol van slachtoffer, “ja, maar ..”. En ook de Aanklagersrol herken ik als de beste – een oordeel neergooien. Daar betrap ik me met regelmaat op.

 

Ontwikkeld door Karpman in 1968, is dit een model voor (effectieve) communicatie. Met de dramadriehoek kun je bijvoorbeeld meningsverschillen en ruzies analyseren. Het komt voort uit de Transactionele Analyse (ouder - kind - volwassen ego’s). De dramadriehoek is een “psychologisch rollenspel” waarin niemand verantwoordelijkheid neemt voor zijn eigen gedrag, maar wijst naar de ander. Het eigen voelen, denken en handelen wordt niet herkend. Dat gebeurt onbewust. Zo bepalen onbewuste bedoelingen jou gedrag.

 

Het heet Drama driehoek – omdat het meestal .. ..  eindigt in een drama. De uitkomst is niet effectieve communicatie. Niemand is tevreden. De betrokkenen blijven zitten met een rotgevoel. Dat kan variëren van een energielek – zo van “daar gaan we weer”. Tot aan depressiviteit, ja zelfs zelfmoord(neigingen) toe.

Het “spel” (de interactie) kent drie niet gelijkwaardige rollen. Iemand kan eén of meerdere van die rollen innemen. Van die rollen blijft voor mij die van Aanklager de minst duidelijke.

  • De Redder – deze biedt graag en ongevraagd hulp. Dit hoeft niet altijd duidelijk en expliciet te zijn, maar kan ook impliciet - “zal ik het oppakken”. Een ander voelt dat feilloos aan. Dat stimuleert de ander de slachtofferrol in te nemen. De Redder neemt dan de verantwoordelijkheid over. Waardoor hij het Slachtoffer afhankelijk maakt, én zichzelf onmisbaar. Want wie zou de Redder zijn zonder iemand die gered “moet” worden? Vooral mensen met een groot verantwoordelijkheidsgevoel trappen in deze valkuil. Alleen al dat inzicht geeft je een keuze – als je de neiging voelt iets op te pakken wat eigenlijk niet jou verantwoordelijkheid is.
  • Het slachtoffer - is hulpeloos. “Ja hoor, dat moet mij weer gebeuren”. Deze roept als het ware de Redder over zich af. Voor Slachtoffers is het fijn om met mensen in contact te zijn, die de anderen van dienst willen zijn. Het vervelende is alleen, dat het slachtoffer uiteindelijk vaak vindt, dat hij niet goed genoeg geholpen is.
  • De Aanklager. Deze wijst de ander de graag op z’n zwakke plek. Vooral vanuit kritiek en oordeel. “Jij snapt het weer niet”. De Aanklager zelf, blijft mooi buiten schot.

  • Niet onbelangrijk is de rol van “toeschouwers”. Toeschouwers hebben er zogenaamd niets mee te maken maar zijn als olie op het vuur. De spelers willen ten opzichte van de Toeschouwers niet áf gaan.

 

Elke rol fixeert zich op de verantwoordelijkheid van de ander. Want het is gemakkelijker te wijzen naar de ander dan verantwoordelijkheid te nemen voor het eigen gedag. De rollen gaan uit van ongelijkwaardigheid. Elk vindt zichzelf beter of juist slechter dan de ander.

De rollen vullen elkaar aan en hebben een negatieve stimulans ten opzichte van elkaar. De interactie wordt een zichzelf versterkend patroon. Een soort van perpetuum-mobilé.

De rollen zijn uitwisselbaar. Voelt het slachtoffer zich onvoldoende geholpen – dan schiet hij in de rol van Aanklager. Voelt de redder zich onvoldoende gezien, dan wordt hij Slachtoffer of Redder. En wil de Aanklager het goed maken, dan wordt hij Redder, eventueel Slachtoffer. 


Samengevat

Bijvoorbeeld (bron: coachy.nl)

Bij het koffiezetapparaat wordt geklaagd (Aanklagers) over de leidinggevende. Over haar manier van leidinggeven. Verhip, daar komt ze net aan. Het gesprek stokt. Mensen lopen weg, of gaan snel over op een ander onderwerp. De leidinggevende weet/ voelt donders goed dat ze het over haar hadden. Ze heeft al eens gepoogd dit bespreekbaar te maken maar kreeg nul op het rekest. Zij klaagt (als Slachtoffer) hierover bij de directeur. Dit is een echte Redder. En gaat als de sodemieter met de afdeling praten. “Dit kan niet, dit mag niet”. De afdeling voelt zich op het matje geroepen. Wat doen ze verkeerd dan? (Slachtoffers) Ook de leidinggevende vindt dat de directeur zich hiermee niet had moeten bemoeien. En dat gaat ze hem vertellen ook (Aanklager). Wat de directeur dan weer uitnodigt zich als Slachtoffer te gaan gedragen.

Het gebeurt overal – thuis en op het werk. En we doen het allemaal. Net zo makkelijk met opgroeiende kinderen als met eigenwijze collega’s. Films, soaps, zelfs sprookjes boeien niet zonder de dramadriehoek.


Hoe laten we dit toch gebeuren? Minderwaardigheidsgevoelens spelen een belangrijke rol. Bang om de eigen kwetsbaarheid te tonen, communiceren we vanuit een niet OK gevoel over ons zelf. We geven van daaruit betekenis aan de woorden en het gedrag van de ander. In plaats van te zeggen wat ons zelf dwars zit of wat we nodig hebben, laten we ons verleiden tot de dramadriehoek.

 

Hoewel het onbewust gedrag in de dramadriehoek bijna altijd destructief is, lijkt het op korte termijn voldoening te leveren. Die voldoening bestaat er uit jezelf beter voor te stellen dan dat je je in feite voelt. Dit is een voordeel voor het ego. Winnaar of slachtoffer, je krijgt aandacht. Het is “besmettelijk”. De rollen Redder, Aanklager en Slachtoffer versterken elkaar. Het spel is “zuigend”. Zitten we er eenmaal in, dan spelen we de rol met verve. Er hoeft maar eén werkelijke speler te zijn en “es geht los”. Pestgedrag is een voorbeeld van de dramadriehoek. Het slachtoffer kan in werkelijkheid ook dader zijn die het pesten over zich afroept. Dat gebeurt onbewust. Dit geldt ook voor daders en slachtoffers in het zondebokmechanisme.

 

Hoe dan wel ?

 

Om uit de dramadriehoek te komen is het van belang - je niet op het gedrag van de ander te richten. Alleen door aandacht te geven aan het eigen denken en handelen is aan “het drama” te ontsnappen. Een eerste stap is bewustwording. Hoe je onbewuste bedoelingen de bewuste bedoelingen overheersen,. Doór hebben wat er gebeurt en begrijpen in welke rol jij zit. In de Transactionele Analyse noemen ze dit als Volwassene kritisch kijken naar het eigen handelen en voorstellen wat je gedrag betekent voor de ander in de situatie. Dan ontstaat er een keuze voor ander gedrag – om te handelen vanuit gelijkwaardigheid. Niet op de problemen richten maar hoe ga jij daar mee om. Kies voor de positieve aspecten.

 

Dit betekent dat het geen zin heeft naar de ander te kijken. De “patiënt” moet zichzelf genezen. Terwijl deze juist z’n energie gebruikt om in het spel te blijven. In plaats van redden  (over nemen) gaan Coachen. In plaats van Slachtoffergedrag, verantwoordelijkheid nemen en hulpvragen gaan stellen. En in plaats van Aanklagen - meedenken en bouwen aan een betere situatie voor jezelf en de ander.

 

Kortom: de winnaarsdriehoek met als rollen Hulpvrager, Coach en Duidelijkheid schepper. Die namen verschillen nogal in verschillende “lezingen”.

Eenzelfde versterkend mechanisme als in de dramadriehoek geldt ook voor de winnaarsdriehoek. Alleen zijn de destructieve elementen zijn omgebogen naar helpende elementen. De Coach biedt constructieve hulp aan, de Duidelijkheid schepper  stelt zaken aan de orde en de Hulpvrager maakt duidelijk wat hij nodig heeft. Zoals met alle theorieën is dit gemakkelijker gezegd dan gedaan. Maar door dit te schrijven/ bewust te worden zijn we (ben ik) weer een stapje verder.

 

Bron:

Voor dit artikel is gebruik gemaakt van:

- coachy.nl

- innerland.nl, en

- wikipedia.org

WAT KAN IK VOOR JOU BETEKENEN


Ik help (afdelings) managers en teams in productie, logististiek, dienstverlening of non-profit.

Met het realiseren van Zelforganisatie.

Met als resultaat: meer betrokkenheid, lager verzuim, verantwoordelijkheid en een beter resultaat.